Harder !

Gepubliceerd op 9 januari 2024 om 09:12

In het blad van de fanclub van De Zwarte Cross; Harder! schreef Arjan Pronk een mooi stuk over Höllenboer.

 

In Overijssel doen we niet zo aan helden…maar toch; een stukkie in de ‘Harder!’ over en van Gerard Oosterlaar, oftewel Gait van van Dam’s Harm, euh Höllenboer, over het heldendom:

HÖLLENBOER -HELD OF ANTIHELD-

Nou, Gerard Oosterlaar, alias Gait van van Dam’s Harm, oftewel Höllenboer is wat ons betreft een held. Een kearl met ideeën, teksten en deuntjes in z’n kop, die nauwelijks gitaar kon spelen maar het desondanks gestalte wist te geven met Bas (gas) van den Toren. Liedjes kwamen en komen uit z’n creatieve kop, melodieuze deuntjes met veelal humoristische teksten vol venijn, reflectie, beschouwing en melancholie. Het duo uit Luttenberg brengt haar oeuvre in het plat, Nedersaksisch welteverstaan, zo Lutt’nbargs asma’ka’. Het dorp is een bodemloze inspiratieput voor de kearls, met dorpsfiguren waar nog geen kleur voor bedacht is en waar meer alcohol dan bloed door de aderen stroomt. De hele wereld kent ‘Busje komt zo’ en dat alleen al is een heldendaad. Een woest eenvoudig maar slim deuntje dat als een boktor in je houten kop blijft zitten. Maar, elke oetlul begint daarover, wij weten dat Höllenboer veel meer is dan dat. Onlangs interviewden we Bennie Jolink en omdat de Harder!-reporter een dorpsgenoot van Höllenboer is, kwam het duo rap ter sprake. Mede omdat Bas van den Toren net was overleden, helaas maar waar. Jolink roemde de rekels en toverde een paar rake anekdotes uit z’n hoge hoed. Normaal nam ooit enkele deuntjes van ze op, mooi is dat; wederzijdse erkenning van soortgenoten die weten hoe ze een goed liedje moeten maken. Gerard gaat ondanks het gemis gewoon door met Höllenboer, ze treden al geruime tijd op met een nieuwe bezetting, want ‘ut leam giet vanda’…Zo denkt Gait over helden, een fraai verhaal:

“Onlangs speelde ik met Hans Nieuwenhuis in de schaapskooi in Luttenberg. Een half uur liedjes van Höllenboer. De kooi zat vol met 80 jongeren waarvan de meesten nog niet geboren waren toen wij onze eerste CD opnamen. Ze zongen alle liedjes van begin tot eind luidkeels mee. Dat was genieten. Ben je dan een held? Nee, maar het voelde wel even zo. Helden zijn mensen die iets groots gepresteerd hebben. Vaak zonder dat ze zelf op zoek waren naar roem en eer. Helden die de wereld een stukje beter hebben gemaakt door hun hart te volgen. Helden hebben ons vreugde bezorgd, ons de weg gewezen of zijn ons tot troost geweest. Maar helden kunnen ook dolers zoals ik op sleeptouw nemen en laten verdwalen in onbekende moerassen, in dromen en valse overtuigingen. Helden kunnen leiders en misleiders zijn. Ik heb vele helden aanbeden en later weer vervloekt. De kerk is daar ongetwijfeld het grootste voorbeeld van. De kerk is God en de duivel ineen. En zo ontdekte ik dat God en de duivel in alles zit. Zolang je de schaduwkant niet kent, bestaat het gevaar van verdwalen of verdrinken. Ook in mij zitten God en de duivel verenigd. Goed en kwaad, licht en donker, waar en niet waar. Maar ja, het duurt wel even om dat te ontdekken. In mijn jeugdjaren waren voetbal, muziek en boeken mijn manier om te ontsnappen aan de beperkte wijsheden van het katholieke Luttenberg. En op elk gebied trof je mensen aan die als voorbeeld dienden, die me op sleeptouw namen. Om onbekende wegen in te slaan. Feijenoord was mijn voetbalclub en Willem van Hanegem,bijgenaamd “de Kromme”, mijn held. Hij liep krom, zijn benen waren krom en zijn linksbenige voorzetten waren krom. Geniaal in zijn kromheid. Alleen daarom al oefende ik net zolang met mijn linkerbeen tot ik even hard kon schieten als met mijn rechterbeen. Liever links dan rechts. En dat bleef mijn hele leven zo. Maar “de Kromme” was ook een ordinaire schopper, een vervelend mannetje met een asociaal grote bek. De schaduwkant van het heldendom. Muzikaal was Neil Young mijn grote held. Toen ik op 17 jarige leeftijd op kamers ging, kreeg ik van huis een pick-up mee met een omgeploegde LP van Neil Young: Harvest. Duizend keer gedraaid. Hoe vaker hoe mooier. Zijn linkse teksten, zijn indianenbloed en zijn snijdende stem, zijn zachtheid en zijn ruwheid. Maar ook de junk met zijn egocentrische levensstijl. De schaduwkant van de held. Ik was sympathisant van Die Rote Armee Fraktion, van de ETA, de PLO, en Che Guevara. Ik adoreerde het ware communisme tot ik ontdekte welke gruweldaden nodig waren om dit sprookje in stand te houden. De schaduwkant van het heldendom. God is ook de duivel. Daarom durf ik eigenlijk niemand meer te verheerlijken. Het Piet Hein syndroom. Vandaag een sokkel en morgen een sukkel. En andersom natuurlijk ook. Vele helden zijn ook sukkels geweest. Vraag het maar aan Pieter Omtzigt. In Salland bestaan geen helden. Daar is ons volk te bescheiden voor. Bescheidenheid is er van kinds af aan ingestampt. Ons is met de paplepel ingegoten dat we domme boeren zijn, dat we achteraan in de rij moeten aansluiten. “Verbeeld oe mar niks, wie hoald niet van droossies”. In het westen lopen ze over van zelfverheerlijking. En waar de Twentenaren nog trots op hun bescheidenheid zijn, zegt de Sallander; “Wuule bescheiden, ach det valt nog wel met heur”. Elk kind groeit door helden te creëren en te aanbidden. Idolen heb je nodig om je eigen weg te vinden. Idolen geven je leven zin, vreugde en troost. Als je ze maar op tijd weer loslaat. Ik heb 36 jaar met Bas van den Toren samen gespeeld. Bas was een antiheld. Hij adoreerde Bach en over zijn vroegere gitaarleraar Bert Baarslag geen kwaad woord. De rest van de muziek was volgens hem Kut. Soms genoten we van de aandacht en het onverwachte succes van “Het Busje”, maar vaker genoten we van een lekker biertje bij Café De Schoenmaker aan de tap. Bas liet mij in mijn waarde en ik hem. Bas was voor mij geen held, maar juist daarom hield ik het zo lang met hem vol.

Je vroeg om een paar liedjes van Höllenboer aan te bevelen. In sommige zit een politieke stellingname, in andere een woordspeling of enkel een glimlach. Soms een liedje waarin ze alle drie verstopt zitten. Luister bijv. naar “Antartica rap”, “Oonze wichter” (doet dat niet) en” Zwattn”. Maar ook “Moj”, “ Veur oons” en “Bienaam”, waarin de eenvoud en de kracht van het platteland worden bezongen.”

 

Meer over Fanclub Harder!

Maak jouw eigen website met JouwWeb